Aantekeningen bij de Bijbel: Psalm 132:3

Psalm 132:3

SV	Zo ik in de tent mijns huizes inga, zo ik op de koets van mijn bed klimme!
WLC	אִם־אָ֭בֹא בְּאֹ֣הֶל בֵּיתִ֑י אִם־אֶ֝עֱלֶ֗ה עַל־עֶ֥רֶשׂ יְצוּעָֽי׃
Trans.	’im-’āḇō’ bə’ōhel bêṯî ’im-’e‘ĕleh ‘al-‘ereś yəṣû‘āy:

Algemeen

Zie ook: Bed, Huis, Tent

Zo ik in de tent mijns huizes inga, zo ik op de koets van mijn bed klimme!

Zo ik, in de zin van "nee ik zal dat niet doen", de reden vinden we in vers 5 "totdat ik voor de HEERE een plaats gevonden heb".
de tent mijns huizes, 1) bij de aartsvaders en nomaden was de tent hun woning; in dit geval kan het ook slaan op het rondzwerven van David en toen in een tent woonde; 2) een vergelijking met de tabernakel die ook een tent was en diende als woning voor God; 3) David ziet zijn huis slechts als een tent in vergelijking met de tempel die hij gaat bouwen.
de koets van mijn bed klimme, 1) "op het bed/matras van mijn legerstede. 2) Dit komt overeen met de gewoonte van de monarchen uit de oude Midden-Oosten die in hun slaapkamers een verhoogde galerij hadden waar ze sliepen.